SV | Want zo zegt de HEERE, de God Israels, van de huizen dezer stad, en van de huizen der koningen van Juda, die door de wallen en door het zwaard zijn afgebroken: |
WLC | כִּי֩ כֹ֨ה אָמַ֤ר יְהוָה֙ אֱלֹהֵ֣י יִשְׂרָאֵ֔ל עַל־בָּתֵּי֙ הָעִ֣יר הַזֹּ֔את וְעַל־בָּתֵּ֖י מַלְכֵ֣י יְהוּדָ֑ה הַנְּתֻצִ֕ים אֶל־הַסֹּלְלֹ֖ות וְאֶל־הֶחָֽרֶב׃ |
Trans. | kî ḵōh ’āmar JHWH ’ĕlōhê yiśərā’ēl ‘al-bātê hā‘îr hazzō’ṯ wə‘al-bātê maləḵê yəhûḏâ hannəṯuṣîm ’el-hassōləlwōṯ wə’el-heḥāreḇ: |
Want zo zegt de HEERE, de God Israels, van de huizen dezer stad, en van de huizen der koningen van Juda, die door de wallen en door het zwaard zijn afgebroken:
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Want zo zegt de HEERE, de God Israels, van de huizen dezer stad, en van de huizen der koningen van Juda, die door de wallen en door het zwaard zijn afgebroken:
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!